Sôkkerpáek

(sok·ker·paek - ww sokkerpaeken)

Het woord Sôkkerpáek is dialect voor dropwater gemaakt van Laurierdrop, dat in een flesje gedaan wordt. Door ermee te schudden ontstaat schuim. Dit schuim kun je opzuigen en het is best lekker. Het gebruik is inmiddels verouderd en wordt tegenwoordig niet veel meer gedaan.


 

Onze geschiedenis

Joekskepel Sôkkerpáek is op 6 Maart 1977 opgericht. In die tijd waren er veel van dit soort kapellen, en het was min of meer een rage. De huidige bezetting bestaat uit ongeveer 25 leden waaronder 2 vanaf het eerste uur.

Tegenwoordig zijn het er niet zoveel Joekskapellen meer als vroeger. Alleen de beste (lees: de doorzetters) zijn gebleven. Een Joekskapel (of Zaate Hermenie, Dweilorkest, etc.) is een groep van mensen die graag muziek maken - met name met Vastelaovend ( carnaval, vastenavond ) - en dit doen zonder muzikaal te hoeven zijn. In de eerste plaats voor de eigen lol, en in de tweede plaats om een steentje bij te dragen aan de sfeer van vastelaovend.

Bij ons zijn er slechts enkelen die notenschrift kunnen lezen. Een bekende uitspraak is: "als je bij ons muziek maakt, moet je niet alle noten proberen te spelen die op papier staan. Want je gaat onherroepelijk de mist in." We 'versôkkerpáeken' onze nummers dan ook maar al te graag... Ondanks dit feit, klinkt het een en ander best goed (althans dat vinden we zelf). Het is het beste te beluisteren als je een paar glazen bier of een ander alcoholische drank op hebt (Cola of Sinas mag ook). Het is muziek voor de gezelligheid. En we staan vooral bekend om ons volume. Dat is vrij hard. Een 110 dB of zo.

Door de jaren heen zijn wij al bij enkele grote evenementen aanwezig geweest zoals bij France '98 waar we al spelen over de Champs-Elysees trokken, Euro 2000 waar we de hele Coolsingel op z'n kop hadden, de knaller bij Euro 2004 in Portugal, de kwalificatiewedstrijd in Praag voor het WK,  het megafestijn in Stuttgart tijdens het WK 2006 of het EK 2008 in zowel Bern als Basel.